Toen de koeien nog klein waren

Wie meent dat de koeien in de acht stallen langs de hal erg krap hebben moeten gestaan, die zit fout. Toen de Hoffmannhoeve werd gebouwd, wogen koeien gemiddeld 250 kg, waren ongeveer 120 cm hoog en gaven ongever 2.000 liter melk in het jaar. Vandaag bereiken ze een gewicht van tot 750 kg, zijn tot aan 150 cm hoog en geven gemiddeld meer dan 8.000 liter melk. Dit is slechts één aspect van velen, waardoor zich deze hoeve van huidige boerderijen onderscheidt. Een tweede onmiskenbaar verschil is het open vuur in de keuken, waarboven het eten werd gekookt. Net als veel huizen in deze regio zonder schoorsteen gebouwd, trok de rook van het huis via de hal en het rieten dank naar buiten. Slechts de kamers met hun beddenkasten waren enigszins rookvrij, omdat de ijzeren kachels hun rook door de muur in de keuken afleidden.

Huishouden en plannen

Met 36 hectare grondbezit hoorde de Hoffmannhoeve tot de middelgrote agragrische bedrijven van zijn tijd. Akkergrond met graanaanbouw vormde het zwaartepunt van het landbouwbedrijf in deze geestregio en de grote zolder bood ruimschoots opslagmogelijkheden voor koren en stro. De ernaast gelegen, omstreeks 1760 gebouwde schuur van de Windberghoeve uit Schwaneburg bij Friesoythe in de Landkreis Cloppenburg laat zien dat voor de opslag van hooi andere mogelijkheden werden gebruikt. Het dichte houtvlechtwerk van de wanden maakte een continue luchtung van de oogst mogelijk en zorgde voor een snelle en duurzame droging. Een balkinscriptie uit de bouwtijd maakt tegelijkertijd duidelijk dat hooi evenals graan tot de waardevolle handelsgoederen van die tijd behoorden. Daar staat geschreven: "O GOT ERFVL DESEN HAUS MIT VI, DIESER SCHEVREN MIT FVTER, 1759 GELT EINSTAVSENT PVNT HEU SIEBEN REIGESTALER" (“Oh god, vul dit huis met ??, deze schuur met voer, 1759 geldt per ton hooi zeven rijksdaalders”). Een ton hooi had zodoende een waarde van zeven rijksdaalders – deze informatie was zo belangrijk, dat ze onmisbaar ingehouwen werd vastgehouden.